VGS

Vrijheid van inrichting waarborgen

De minister benadrukt in zijn beantwoording dat hij met het wetsvoorstel beoogt de vrijheid van onderwijs beter te laten functioneren. Zaken die de vrijheid van inrichting raken, zoals de mogelijkheid om substituut-kerndoelen vast te stellen, een eigen toelatingsbeleid te voeren en een landelijk samenwerkingsverband naar richting in stand te houden, blijven ongewijzigd. Ook de wetsartikelen over het denominatief leerlingenvervoer en de laatste school van een richting wijzigen niet.  

Richtingbegrip bij stichting niet meer bepalend

Slob wil juist ruimte creëren voor het stichten van nieuwe scholen. Het richtingbegrip is daarvoor niet meer leidend. Aan de hand van de resultaten van een marktonderzoek of een ouderraadpleging moeten initiatiefnemers voortaan aantonen dat na een periode van 8 jaar de stichtingsnorm gehaald wordt.  

Segregatie

Een groot aantal vragen van de Tweede Kamer ging over het onderwerp segregatie in het onderwijs. Wordt de segregatie juist niet bevorderd door het verruimen van mogelijkheden om scholen te stichten? De minister erkent dat segregatie in het onderwijs een belangrijk onderwerp is. Met dit wetsvoorstel wordt echter geen oplossing voor segregatie in het onderwijs beoogd. De minister wil de kansengelijkheid bevorderen door in te zetten op aantrekkelijke scholen van hoge kwaliteit op elke plek. Ook mogen er geen financiële belemmeringen, zoals de hoogte van de ouderbijdrage, zijn. Daarnaast investeert Slob extra in het gemeentelijke onderwijsachterstandenbudget.  

Toename scholen

De minister verwacht dat na invoering van de nieuwe wet er jaarlijks 20-50 nieuwe scholen (basis- en voortgezet onderwijs) bij zullen komen. Kort na de inwerkingtreding van de wet zal dat aantal wellicht wat hoger zijn. Ook geeft de minister aan dat er jaarlijks een groot aantal scholen gesloten wordt. Het moet volgens hem daarom mogelijk zijn om het wetsvoorstel budgettair neutraal in te voeren.  

Nieuwbouwwijk

In diverse Kamervragen werd gevraagd waarom een eerste nieuwe school in een nieuwbouwwijk geen openbare school dient te zijn. Ook hier wijst de minister in zijn beantwoording op het belang van de vrijheid van onderwijs. Deze geldt ook voor schoolstichting in nieuwbouwwijken.  

SO-scholen

Het wetsvoorstel regelt niet het starten van nieuwe scholen voor speciaal onderwijs of scholen voor speciaal basisonderwijs. De onderwijsminister wijst erop dat deze scholen veelal niet gebaseerd zijn op een onderwijsconcept, maar onderwijs bieden aan leerlingen met een specifieke ondersteuningsbehoefte, zoals zeer moeilijk lerende kinderen. Wel zal de regering nog voor de zomer samenkomen met de sectorraden (PO- en VO-Raad) om de behoefte aan nieuwe initiatieven in deze sectoren te peilen.  

Uitnodigingsplicht

In het wetvoorstel worden initiatiefnemers van een nieuwe school verplicht om besturen van bestaande scholen, de gemeente en het samenwerkingsverband uit te nodigen voor een gesprek. Sommige fracties vroegen de minister of een dergelijke uitnodigingsplicht niet te vrijblijvend is. Zou dit overleg niet meer het karakter van een op overeenstemming gericht overleg moeten hebben? De minister voelt daar niet voor. Dit motiveert hij onder andere door te stellen dat een gespreksplicht partijen die niet openstaan voor samenwerking de mogelijkheid bieden om de stichtingsprocedure te vertragen.  

Stichtingsnormen blijven gelijk 

Slob is niet van plan om de huidige stichtingsnormen te verlagen. Hij geeft aan dat invoering van de wet budgettair neutraal dient te verlopen. Wanneer de stichtingsnormen verlaagd zouden worden, heeft dat consequenties voor de bekostigingssystematiek. Daarbij kan gedacht worden aan het schrappen van de vaste voeten in de bekostiging en het schrappen van de kleine scholentoeslag. Daarvoor is in het onderwijsveld echter geen draagvlak.  

Reactie VGS

De VGS waardeert het dat de minister nadrukkelijk aangeeft dat hij met dit voorstel de vrijheid van onderwijs bij het stichten van nieuwe scholen beter wil laten functioneren. Veel zaken die de vrijheid van inrichting betreffen, laat de minister ongemoeid. Met belangstelling ziet de VGS uit naar de politieke behandeling van het wetsvoorstel. Naar verwachting zal dit na de zomervakantie plaatsvinden. Een reële datum van invoering zou dan D.V. 1 augustus 2020 zijn.