VGS

De personele bekostiging werkt volgens de t-1 systematiek en is met name gebaseerd op leerlingaantallen. Dat houdt in dat u grofweg een jaar de tijd hebt om te anticiperen op een leerlingendaling dan wel een stijging. De leerlingaantallen per 1 oktober 2019 zijn dus leidend voor de bekostiging die u vanaf komend schooljaar (2020/21) ontvangt. Ten tijde van het opstellen van de begroting zijn deze leerlingaantallen al bekend zodat u op basis daarvan de baten in de begroting van het komende kalenderjaar redelijk getrouw in kunt schatten. Belangrijker is daarom, hoe ontwikkelen de leerlingaantallen zich in de jaren die volgen? Het is belangrijk om hier zicht op te hebben om de toekomstige richting te kunnen bepalen. Aan deze langetermijnplanning zal in een later artikel aandacht aan worden besteed.

Ook een belangrijk punt is de toekomstige verdeling van de onderbouw ten opzichte van de bovenbouw. Voor een onderbouwleerling wordt tot 1,5 keer zoveel bekostiging ontvangen als voor een bovenbouwleerling. Dit kan bij een dalende instroom behoorlijk effect hebben op uw toekomstige begroting.

Als laatste is ook de GGL van belang. Dit is een wegingsfactor die de gemiddelde leeftijd van de leraren per 1 oktober weergeeft. Deze uitkomst zorgt mede voor de hoogte van de bekostiging. Hierdoor beweegt de bekostiging zich mee met de leeftijd van uw lerarenbestand (ook volgens de t-1 systematiek).

Naast de personele bekostiging (veruit het grootste bedrag) ontvangt u ook bekostiging voor Personeel & arbeidsmarktbeleid (vast bedrag + bedrag per leerling), prestatiebox (vast bedrag per leerling) en materiële bekostiging (gebaseerd op het aantal genormeerde groepen, afhankelijk van leerlingaantallen). Laatstgenoemde wordt per kalenderjaar verstrekt. De overige genoemde bekostigingssoorten worden verstrekt op schooljaarbasis. De extra gelden voor werkdrukvermindering zijn opgenomen in het budget voor personeel & arbeidsmarktbeleid. Daarnaast kunt u onder andere recht hebben op groeibekostiging (bij tussentijdse groei), kleine scholentoeslag (minder dan 145 leerlingen), of gelden voor onderwijsachterstanden (door CBS bepaalde onderwijsachterstandsscore).

Reeds enige tijd is het de bedoeling om de bekostiging te vereenvoudigen. Doordat er verschillende variabelen zijn en verschil in verstrekking (schooljaar en kalenderjaar) is de verwachting dat in 2023 de bekostiging zal worden aangepast. De belangrijkste wijzigingen hierin zullen zijn; bekostigingen allemaal op kalenderjaarbasis, GGL vervalt en het verschil in financiering boven- en onderbouwleerlingen vervalt. Hiermee wordt beoogd dat van te voren beter ingeschat kan worden wat de bekostiging daadwerkelijk wordt zodat er dan geen sprake meer is van indexaties die achteraf worden ontvangen (en dan vaak in de reserves terecht komen). De nieuwe teldatum wordt dan 1 februari (t-1). Onvermijdelijk is dat er herverdeeleffecten zullen ontstaan waarvoor een overgangsregeling uitkomst moet gaan bieden. Uiteraard houden wij u op de hoogte van deze ontwikkelen en zullen wij hier in de komende begrotingen ook aandacht aan blijven schenken.

Dit is het eerste artikel in een artikelenreeks over het thema ‘financiën’. De komende tijd zal maandelijks een artikel op de website worden geplaatst waarin een relevant onderwerp rond financiën wordt toegelicht. Gedeeltelijk zullen dit actualiteiten zijn en gedeeltelijk zal dit het karakter hebben van ‘hoe zat het ook alweer’. Voor vragen hieromtrent kunt u contact opnemen met uw financieel adviseur.